Vertaling van doute

Inhoud:

Frans
Nederlands
doute [m] (le ~) {zn.}
twijfel
twijfeling [v]
Je n'ai aucun doute à ce sujet.
Ik twijfel er niet aan.
Je n'ai pas le moindre doute.
Ik heb niet de minste twijfel.
douter {ww.}
twijfelen
in dubio staan
dubben

je doute
il/elle doute

ik twijfel
hij/zij/het twijfelt
» meer vervoegingen van twijfelen

Douter de soi est le premier signe d'intelligence.
Aan zichzelf twijfelen is het eerste teken van intelligentie.


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Je ne doute pas qu'il veuille m'aider.

Ik twijfel er niet aan dat hij me zal helpen.

Je n'ai pas le moindre doute.

Ik heb niet de minste twijfel.

Je n'ai aucun doute à ce sujet.

Ik twijfel er niet aan.

Si tu parlais moins et écoutais davantage, tu apprendrais sans doute quelque chose.

Als je minder zou praten en meer zou luisteren kun je misschien iets leren.


Gerelateerd aan doute

douter