Vertaling van endroit

Inhoud:

Frans
Nederlands
endroit [m] (l' ~), lieu [m] (le ~), localité [v] (la ~), place [v] (la ~) {zn.}
plaats  [v]
zetel [m]
ruimte
oord
lokaliteit [v]
Il s'y rendit en lieu et place de son père.
Hij ging naar daar in plaats van zijn vader.
L'époque médiévale fit place à la Renaissance.
De middeleeuwen maakten plaats voor de renaissance.


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Aucun endroit n'est sécuritaire.

Het is nergens veilig.

Il n'y a plus un seul endroit sécuritaire au Japon.

Er bestaat niet één veilige plek meer in Japan.

L'Amérique est un endroit charmant pour vivre, si c'est pour gagner de l'argent.

Het is fantastisch om in Amerika te zijn, als je hier bent om geld te verdienen.

Si la balle te touche à un autre endroit que sur la tête ou les mains, tu es éliminé.

Als de bal je ergens anders dan op je hoofd of je handen raakt, ben je af.

Quel est le chemin pour (cet endroit, cette ville)?

Hoe kom ik (daar, in die stad)?

Chacun peut faire la différence dans sa propre vie et ainsi faire collectivement du monde un endroit meilleur, pour eux et pour les autres autour d'eux.

Iedereen kan een verschil maken in zijn eigen leven en daarmee gezamenlijk de wereld een betere plaats maken voor zichzelf en anderen om zich heen.


Gerelateerd aan endroit

synoniemen

lieu - localité - place