Vertaling van lis

Inhoud:

Frans
Nederlands
lis [m] (le ~) {zn.}
lelie [v]
lire {ww.}
lezen 

je lis
tu lis

ik lees
jij leest
» meer vervoegingen van lezen

Il peut lire.
Hij kan lezen.
Il sait à peine lire.
Hij kan nauwelijks lezen.


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Lis !

Lees!

Je lis.

Ik lees.

Je lis.

Ik lees.

Lis ce que tu veux.

Lees wat je wilt.

Lis-le encore une fois.

Lees het nog een keer.

Ne lis pas en marchant.

Niet lezen tijdens het lopen.

Prends un livre et lis-le !

Pak een boek en lees het!

Je lis le New York Times.

Ik lees de New York Times.

Lis le chapitre 4 pour vendredi.

Lees voor vrijdag hoofdstuk 4.

Je ne lis pas ses romans.

Ik lees zijn romans niet.

Maintenant je lis, tu lis et il lit ; nous lisons tous.

Nu lees ik, lees jij en leest hij; wij lezen allen.

Je ne lis pas souvent ce genre de livres.

Ik lees dit soort boek niet vaak.

Je lis au moins un livre tous les mois.

Ik lees elke maand minstens één boek.


Gerelateerd aan lis

lire