Vertaling van méchant
Inhoud:
Frans
Nederlands
Voorbeelden in zinsverband
Frans
Nederlands
C’était un méchant lapin.
Dat was een slecht konijn.
Il est méchant.
Hij is vies.
Ton chien est-il méchant ?
Is jouw hond gemeen?
Son frère était méchant avec moi.
Zijn broer deed gemeen tegen me.
Le méchant garçon se perdit et regarda autour de lui.
Het stoute jongetje verdwaalde en keek om zich heen.