Vertaling van plage

Inhoud:

Frans
Nederlands
plage [v] (la ~) {zn.}
strand  [o]
Nous avons joué sur la plage.
We speelden op het strand.
Je vais souvent nager à la plage en été.
Ik zwem vaak op het strand in de zomer.


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Nous avons joué sur la plage.

We speelden op het strand.

Je vais souvent nager à la plage en été.

Ik zwem vaak op het strand in de zomer.

Elle s'assit sur la plage vide, regardant rouler les vagues, l'une après l'autre.

Ze zat op een leeg strand naar de één voor één aanspoelende golven te kijken.