Vertaling van pleuvoir

Inhoud:

Frans
Nederlands
pleuvoir {ww.}
regenen 
Il commence à pleuvoir.
Het begon te regenen.
Il va pleuvoir.
Het gaat regenen.
abonder, pleuvoir, regorger, être riche {ww.}
in overvloed aanwezig zijn


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Il commence à pleuvoir.

Het begon te regenen.

Il va pleuvoir.

Het gaat regenen.

Il se mit à pleuvoir.

Het begon te regenen.

Il commença à pleuvoir à torrent.

Het begon te gieten.

Il va pleuvoir cet après-midi.

Het zal regenen vanmiddag.

Selon la radio, il va pleuvoir demain.

Volgens de radio zal het morgen regenen.

Va-t-il pleuvoir cette après-midi ?

Gaat het vanmiddag regenen?

Quand a-t-il commencé à pleuvoir ?

Wanneer begon het te regenen?

J'espère qu'il va arrêter de pleuvoir.

Ik wou dat het ophield met regenen.

Tout à coup, il se mit à pleuvoir.

Opeens begon het te regenen.

Pour comble de malheur, il commença à pleuvoir.

Om het allemaal nog wat erger te maken begon het ook nog eens te regenen.


Gerelateerd aan pleuvoir

abonder - regorger - être riche