Vertaling van président

Inhoud:

Frans
Nederlands
président [m] (le ~) {zn.}
president 
Il a été élu président.
Hij werd verkozen tot president.
J'ai rencontré le président lui-même.
Ik heb de president hemzelf ontmoet.
président [m] (le ~), speaker [m] (le ~) {zn.}
president 
voorzitter
praeses
Ils ont tenté d'assassiner le président.
Ze hebben getracht de president te vermoorden.
Elle s'adressa au président.
Ze wendde zich tot de voorzitter.
présider {ww.}
voorzitten
presideren

ils/elles président

zij zitten voor
» meer vervoegingen van voorzitten



Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Elle s'adressa au président.

Ze wendde zich tot de voorzitter.

Il a été élu président.

Hij werd verkozen tot president.

Il a été élu président.

Hij werd verkozen tot voorzitter.

J'ai rencontré le président lui-même.

Ik heb de president hemzelf ontmoet.

Il est le président de la banque.

Hij is de voorzitter van de bank.

Ils ont tenté d'assassiner le président.

Ze hebben getracht de president te vermoorden.

J'ai lu que le président du Brésil est une femme. Elle s'appelle Dilma.

Ik las dat de president van Brazilië een vrouw is. Ze heet Dilma.

Le Président Alexander Lukashenko a félicité Alexei Dudarev pour son anniversaire.

De Wit-Russische president Aleksandr Loekasjenko heeft Aleksej Doedarev gefeliciteerd met zijn jubileum.

Abraham Lincoln, le 16e Président des États-Unis, est né dans une cabane au Kentucky.

Abraham Lincoln, de 16e president van de Verenigde Staten, is geboren in een blokhut in Kentucky.

J'ai lu que le président du Brésil est une femme. Elle s'appelle Dilma.

Ik las dat de president van Brazilië een vrouw is. Ze heet Dilma.


Gerelateerd aan président

speaker - présider