Vertaling van se promener

Inhoud:

Frans
Nederlands
se promener {ww.}
wandelen
lopen 
tippelen
aan de wandel zijn
Il est allé se promener.
Hij ging wandelen.
Elle aime se promener seule.
Ze gaat graag alleen wandelen.
flâner, se balader, se promener {ww.}
rondhangen
slenteren
flaneren
kuieren
drentelen


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Il est allé se promener.

Hij ging wandelen.

Elle aime se promener seule.

Ze gaat graag alleen wandelen.

Il est dehors en train de se promener.

Hij is buiten aan het wandelen.


Gerelateerd aan se promener

flâner - se balader