Vertaling van service

Inhoud:

Frans

Nederlands

service [m] (le ~), vaisselle [v] (la ~) {zn.}

servies
serviesgoed
eetservies [o]

branche [v] (la ~), section [v] (la ~), service [m] (le ~) {zn.}

geleding [v]
sectie [v]
afdeling [v]

emploi [m] (l' ~), fonction [v] (la ~), office [m] (l' ~), service [m] (le ~) {zn.}

baan  [v]
functie
plaats  [v]
werkkring [m]
betrekking  [v]
ambt  [o]

Je cherche un emploi.

Ik zoek een baan.

Tom cherche un emploi.

Tom is op zoek naar een baan.

office [m] (l' ~), service [m] (le ~) {zn.}

dienst [m]

Pendant l'époque stalinienne, les prisonniers des camps de concentration devenaient esclaves au service de l'État.

In het Stalinistische tijdperk werden gevangenen in concentratiekampen slaven in dienst van de staat.

Frans

Nederlands

Ce téléphone est hors service.

Deze telefoon doet het niet.

La machine est hors service.

De machine is buiten bedrijf.

Y a-t-il une station-service dans les environs ?

Is er een benzinestation in de buurt?

J'ai travaillé dans un service postal durant les congés d'été.

In de zomervakantie heb ik op een postkantoor gewerkt.

Pendant l'époque stalinienne, les prisonniers des camps de concentration devenaient esclaves au service de l'État.

In het Stalinistische tijdperk werden gevangenen in concentratiekampen slaven in dienst van de staat.

Je vais parfois à pied au travail, d'autres fois j'y vais en vélo, car mon service est près de chez moi.

Soms ga ik lopend naar het werk en soms op de fiets, want ik woon heel dichtbij mijn werk.