Vertaling van tort
Inhoud:
Frans
Nederlands
tort {zn.}
ongelijk
Est-ce que j'avais tort ?
Had ik ongelijk?
Il n'a pas entièrement tort.
Hij heeft niet geheel ongelijk.
Voorbeelden in zinsverband
Frans
Nederlands
Ai-je tort ?
Heb ik het mis?
J'ai eu tort.
Ik was fout.
Il n'a pas entièrement tort.
Hij heeft niet geheel ongelijk.
Est-ce que j'avais tort ?
Had ik ongelijk?
A-t-il admis qu'il avait tort ?
Heeft hij toegegeven dat hij fout zat?
Je pense que vous avez tort.
Ik denk dat je het fout hebt.