Vertaling van tour
Voorbeelden in zinsverband
À qui le tour ?
Wie is de volgende?
À qui est le tour ?
Wie is aan de beurt?
C'est à ton tour de chanter.
Het is jouw beurt om te zingen.
Avez-vous visité la tour de Londres ?
Heb je de Tower of London bezocht?
Contador a gagné le maillot jaune au Tour de France.
Contador won de gele trui in de ronde van Frankrijk.
Avez-vous déjà vu la Tour de Tokyo ?
Heb je de Toren van Tokio wel eens gezien?
La Tour Eiffel est dans la même ville que le Musée du Louvre.
De Eiffeltoren staat in dezelfde stad als het Louvre.
À vrai dire, je voulais être une damoiselle, dans une tour gardée par sept dragons, et alors un prince sur un cheval blanc aurait coupé la tête des dragons et m'aurait délivrée.
Eigenlijk wilde ik een jonkvrouw zijn in een toren die bewaakt wordt door zeven draken, en dan zou een prins op een wit paard alle draken hun kop afhakken en mij bevrijden.