Vertaling van trouble
Inhoud:
Frans
Nederlands
agiter, débattre, troubler, émouvoir, faire de l'agitation {ww.}
je trouble
il/elle trouble
ik schud
hij/zij/het schudt
» meer vervoegingen van schudden
confondre, troubler {ww.}
verwisselen
van zijn stuk brengen
verwarren
dooreenhalen
van zijn stuk brengen
verwarren
dooreenhalen
je trouble
il/elle trouble
ik verwissel
hij/zij/het verwisselt
» meer vervoegingen van verwisselen
troubler {ww.}
verduisteren
je trouble
il/elle trouble
ik verduister
hij/zij/het verduistert
» meer vervoegingen van verduisteren
troubler {ww.}
vertroebelen
je trouble
il/elle trouble
ik vertroebel
hij/zij/het vertroebelt
» meer vervoegingen van vertroebelen