Vertaling van tuer
Voorbeelden in zinsverband
Mon père va me tuer.
Mijn vader gaat me vermoorden.
Mon père va me tuer.
Mijn vader gaat me vermoorden.
Ce renard a dû tuer la poule.
Die vos moet de hen gedood hebben.
Certains lisent des livres pour tuer le temps.
Sommige mensen lezen een boek om de tijd te doden.
L'homme l'a attaquée avec l'intention de la tuer.
De man viel haar aan met de bedoeling haar te doden.
Tu ne peux pas te tuer en retenant ta respiration.
Ge kunt uzelf niet doden door de adem in te houden.
J'ai besoin de médicament pour tuer la douleur.
Ik heb wat medicijnen nodig om de pijn te bestrijden.
Les patriotes parlent toujours de mourir pour leur pays, jamais de tuer pour leur pays.
Patriotten spreken altijd over sterven voor hun land, en nooit over doden voor hun land.