Vertaling van vraiment

Inhoud:

Frans
Nederlands
en fait, en vérité, vraiment, bien {bw.}
echt 
inderdaad
naar waarheid
waarachtig 
waarlijk 
werkelijk 


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Vraiment ?

Echt?

J'ignore vraiment.

Ik weet het echt niet.

Merci vraiment.

Heel hartelijk bedankt.

Je suis vraiment désolé.

Het spijt me zeer.

Elle est vraiment intelligente.

Ze is erg intelligent.

Non, pas vraiment.

Neen, niet echt.

Je suis vraiment dangereux.

Ik ben erg gevaarlijk.

Tout est vraiment fini ?

Is het allemaal echt voorbij?

Je suis vraiment désolée.

Het spijt me werkelijk.

Elle est vraiment rapide.

Ze is echt snel.

Tu es vraiment détestable !

Je bent echt walgelijk!

Je suis vraiment fatigué.

Ik ben uitgeput.

C'est vraiment merveilleux.

Dat is echt heerlijk.

M'aimes-tu vraiment ?

Hou je werkelijk van mij?

T'es vraiment pas bête.

Je bent echt niet dom.


Gerelateerd aan vraiment

en fait - en vérité - bien