Vertaling van Italia

Inhoud:

Italiaans
Nederlands
Italia {eigenn.}
Italië [o] (narticle ~)


Voorbeelden in zinsverband

Italiaans
Nederlands

Mio zio ha una casa in Italia.

Mijn oom heeft een huis in Italië.

C'è sempre il sole in Italia.

Het is altijd zonnig in Italië.

(Stati Uniti/Italia)

Ik kom uit de Verenigde Staten

Da quello che so è nato in Italia.

Voor zover ik weet is hij geboren in Italië.

Loro sono ricche donne inglesi in viaggio in Italia.

Ze zijn rijke Engelse dames op reis naar Italië.


Gerelateerd aan Italia