Vertaling van acqua

Inhoud:

Italiaans
Nederlands
acqua {zn.}
water  [o]
Non esce acqua dalla doccia.
Er komt geen water uit de douche.
Quando il ghiaccio si scioglie, diventa acqua.
IJs wordt water wanneer het smelt.


Voorbeelden in zinsverband

Italiaans
Nederlands

Che spreco di acqua!

Wat een waterverspilling!

Non esce acqua dalla doccia.

Er komt geen water uit de douche.

Quando il ghiaccio si scioglie, diventa acqua.

IJs wordt water wanneer het smelt.