Vertaling van ferita

Inhoud:

Italiaans
Nederlands
ferita {zn.}
wond  [v]
verwonding [v]
kwetsuur [v]
blessure [v]
Lei curò la sua ferita.
Ze verzorgde zijn wond.


Voorbeelden in zinsverband

Italiaans
Nederlands

Lei curò la sua ferita.

Ze verzorgde zijn wond.

La ferita nel braccio lasciò una cicatrice.

De wonde in de arm liet een litteken na.

Lei è rimasta ferita un incidente d'auto.

Ze raakte gewond in een auto-ongeluk.

La sua gamba ferita cominciò a sanguinare di nuovo.

Zijn gewonde been begon opnieuw te bloeden.