Vertaling van fratello

Inhoud:

Italiaans
Nederlands
fratello [m] {zn.}
broer  [m]
frater [m]
broeder [m]
Mio fratello è professore.
Mijn broer is leraar.
È mio fratello.
Hij is mijn broer.


Voorbeelden in zinsverband

Italiaans
Nederlands

Mio fratello mi ucciderà.

Mijn broer zal me vermoorden.

Mio fratello è professore.

Mijn broer is leraar.

È mio fratello.

Hij is mijn broer.

È di mio fratello.

Het is van mijn broer.

Questo è mio fratello.

Dit is mijn broer.

Hai un fratello, Pedro?

Heb je een broer, Pedro?

Io non ho alcun fratello.

Ik heb geen broer.

È il fratello di Taro.

Hij is Taro's broer.

Mio fratello abita a Tokyo.

Mijn broer woont in Tokio.

È il mio fratello maggiore.

Hij is mijn oudere broer.

Mio fratello è un idiota.

Mijn broer is een idioot.

Tuo fratello è molto arrabbiato.

Uw broer is erg kwaad.

Suo fratello va a scuola in autobus.

Zijn broer gaat met de bus naar school.

A mio fratello piacciono i film dell'orrore.

Mijn broer vindt horrorfilms leuk.

Ho un fratello e due sorelle.

Ik heb één broer en twee zussen.