Vertaling van freddo
Voorbeelden in zinsverband
Ho freddo.
Ik heb het koud.
C'è freddo.
Het is koud.
C'è abbastanza freddo.
Het is vrij koud.
Fa un po' freddo.
Het is een beetje koud.
Il caffè è freddo.
De koffie is koud.
Fa terribilmente freddo oggi.
Het is verschrikkelijk koud vandaag.
Fa freddo oggi.
Vandaag is het koud.
Ieri faceva freddo.
Het was gisteren koud.
Venga dentro. C'è freddo fuori.
Kom binnen. Het is koud buiten.
Fa un po' freddo oggi.
Het is een beetje koud vandaag.
Faceva molto freddo ieri mattina.
Het was heel koud gisterochtend.
C'è molto freddo questa mattina.
Het is erg koud deze morgen.
Fa freddo
Het is koud
Fai attenzione a non prendere freddo.
Let op dat ge niet verkouden wordt.
Siccome faceva freddo abbiamo acceso un fuoco.
Omdat het koud was, hebben we een vuur gemaakt.