Vertaling van aankondigen
Inhoud:
Nederlands
Duits
aankondigen, in kennis stellen, meedelen, mededelen, verwittigen {ww.}
melden
ankündigen
mitteilen
verkünden
angeben
ankündigen
mitteilen
verkünden
angeben
ik zal aankondigen
jij zult aankondigen
hij/zij/het zal aankondigen
ich werde melden
du wirst melden
er/sie/es wird melden
» meer vervoegingen van melden
adverteren, annonceren, aankondigen, aandienen {ww.}
inserieren
ansagen
annoncieren
verkünden
bekannt machen
anmelden
melden
avisieren
anzeigen
ankündigen
ansagen
annoncieren
verkünden
bekannt machen
anmelden
melden
avisieren
anzeigen
ankündigen
ik zal aankondigen
jij zult aankondigen
hij/zij/het zal aankondigen
ich werde inserieren
du wirst inserieren
er/sie/es wird inserieren
» meer vervoegingen van inserieren
uitbazuinen, aankondigen, verkondigen {ww.}
verkündigen
ausrufen
ausrufen
ik zal aankondigen
jij zult aankondigen
hij/zij/het zal aankondigen
ich werde verkündigen
du wirst verkündigen
er/sie/es wird verkündigen
» meer vervoegingen van verkündigen