Vertaling van aftrekken
ziehen lassen
aufgießen
ik zal aftrekken
jij zult aftrekken
hij/zij/het zal aftrekken
ich werde infundieren
du wirst infundieren
er/sie/es wird infundieren
» meer vervoegingen van infundieren
abziehen
ik zal aftrekken
jij zult aftrekken
hij/zij/het zal aftrekken
ich werde subtrahieren
du wirst subtrahieren
er/sie/es wird subtrahieren
» meer vervoegingen van subtrahieren
ik zal aftrekken
jij zult aftrekken
hij/zij/het zal aftrekken
ich werde wichsen
du wirst wichsen
er/sie/es wird wichsen
» meer vervoegingen van wichsen
ik zal aftrekken
jij zult aftrekken
hij/zij/het zal aftrekken
ich werde abrechnen
du wirst abrechnen
er/sie/es wird abrechnen
» meer vervoegingen van abrechnen
Rabatt geben
ablassen
ik zal aftrekken
jij zult aftrekken
hij/zij/het zal aftrekken
ich werde nachlassen
du wirst nachlassen
er/sie/es wird nachlassen
» meer vervoegingen van nachlassen