Vertaling van al
Inhoud:
Nederlands
Duits
al, ook al, zelfs als {zn.}
selbst wenn
Ik wil mijn ideeën niet kwijtraken, zelfs als sommige ervan een beetje extreem zijn.
Ich will meine Ideen nicht verlieren, selbst wenn einige von ihnen ein bisschen extrem sind.
al, alvast, reeds, alreeds {bw.}
bereits
schon
schon
al, ofschoon, wel, hoewel, alhoewel {vw.}
obgleich
obschon
wenn auch
zwar
obschon
wenn auch
zwar
al, alles, de hele hoeveelheid, de gehele hoeveelheid
das Ganze
alles zusammen
alles zusammen
elk, ieder, iedereen, al, elkeen, iegelijk {onb. vnw.}
jeder
ein jeder
jedermann
jeglicher
aller
ein jeder
jedermann
jeglicher
aller
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Duits
Heeft u al kinderen?
Haben Sie schon Kinder?
Is het al dinsdag?
Ist es schon Dienstag?
Heb je al geluncht?
Hattest du schon Mittagessen?
Het is al laat.
Es ist schon spät.
Is hij al terug?
Ist er schon zurück?
Eind goed, al goed.
Ende gut, alles gut.
Eind goed, al goed.
Ende gut - alles gut.
Ze zijn er al.
Sie sind bereits hier.
Hij is al weg.
Er ist schon weg.
Het is al zeven uur.
Es ist schon um 7.
Het is al te laat.
Es ist bereits zu spät.
Hij is al een man.
Er ist schon ein Mann.
Heb je al een baard?
Hast du schon einen Bart?
Heb je al eens gesolliciteerd?
Hast Du Dich jemals um einen Arbeitsplatz beworben?
Het maakt al het verschil.
Das macht den ganzen Unterschied aus.