Vertaling van ambiëren

Inhoud:

Nederlands
Duits
ambiëren, dingen naar, najagen, nastreven, streven naar, aspireren {ww.}
sich bewerben
streben
trachten
streben nach
trachten nach
sich bewerben um
sich bestreben
erstreben

wij ambiëren
jullie ambiëren
zij ambiëren

wir streben
ihr strebt
sie streben
» meer vervoegingen van streben



Gerelateerd aan ambiëren

dingen naar - najagen - nastreven - streven naar - aspireren