Vertaling van begaan
Inhoud:
Nederlands
Duits
begaan, bestijgen, opgaan {ww.}
besteigen
wij begaan
jullie begaan
zij begaan
wir besteigen
ihr besteigt
sie besteigen
» meer vervoegingen van besteigen
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Duits
Ze heeft een misdaad begaan.
Sie beging ein Verbrechen.
Bill heeft de misdaad niet begaan.
Bill hat das Verbrechen nicht begangen.