Vertaling van beieren

Inhoud:

Nederlands
Duits
Beieren [o] {zn.}
Bayern
aflopen, beieren, galmen, kleppen, luiden, schalmen, overgaan {ww.}
läuten
tönen
schallen
klingen
hallen

wij beieren
jullie beieren
zij beieren

wir schallen
ihr schallt
sie schallen
» meer vervoegingen van schallen



Gerelateerd aan beieren

Beieren - aflopen - galmen - kleppen - luiden - schalmen - overgaan