Vertaling van beknorren
Inhoud:
Nederlands
Duits
beknorren, berispen, terechtwijzen, verwijten {ww.}
vorwerfen
Vorwürfe machen
schelten
Vorwürfe machen
schelten
wij beknorren
jullie beknorren
zij beknorren
wir werfen vor
ihr werft vor
sie werfen vor
» meer vervoegingen van vorwerfen