Vertaling van benauwd

Inhoud:

Nederlands
Duits
benauwd, broeierig, drukkend, verstikkend, zwoel {bn.}
erstickend
schwül
Stick-
stickig
adellijk, benauwd, goor, gortig, muf, oud, oudbakken, smoezelig {bn.}
schal
abgestanden
alt
altbacken
matt
verblichen
nicht mehr frisch
nicht mehr taufrisch
benauwen, verontrusten {ww.}
beunruhigen
beängstigen

ik heb benauwd
jij hebt benauwd
hij/zij/het heeft benauwd

ich habe beunruhigt
du hast beunruhigt
er/sie/es hat beunruhigt
» meer vervoegingen van beunruhigen



Gerelateerd aan benauwd

broeierig - drukkend - verstikkend - zwoel - adellijk - goor - gortig - muf - oud - oudbakken - smoezelig - benauwen - verontrusten