Vertaling van charteren
Inhoud:
Nederlands
Duits
charteren, huren, afhuren {ww.}
mieten
wij charteren
jullie charteren
zij charteren
wir mieten
ihr mietet
sie mieten
» meer vervoegingen van mieten
Ik wilde een bus huren.
Ich wollte einen Bus mieten.
Ik wilde een touringcar huren.
Ich wollte einen Reisebus mieten.
charteren {ww.}
chartern
wij charteren
jullie charteren
zij charteren
wir chartern
ihr chartert
sie chartern
» meer vervoegingen van chartern