Vertaling van fles

Inhoud:

Nederlands
Duits
fles [v] {zn.}
Flasche [v] (die ~)
Pulle
Open de fles alsjeblieft.
Mach bitte die Flasche auf.
Ik smeek het je, geef me een fles.
Ich flehe dich an, gib mir eine Flasche!
doos [v], bak [m], etui [o], foedraal [o], koker [m], korf [m], pot [m], zak, vat [o], kist [v], fles [v], krat [o], emmer, kruik, urn {zn.}
Besteck [o] (das ~)
Krug [m] (der ~)
Behälter [m] (der ~)


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Open de fles alsjeblieft.

Mach bitte die Flasche auf.

Ze stalen mijn fles wijn!

Die haben meine Weinflasche geklaut!

Ik smeek het je, geef me een fles.

Ich flehe dich an, gib mir eine Flasche!

Doe de dop terug op de fles voor het geval de kat hem omstoot.

Mach den Verschluss wieder auf die Flasche, falls die Katze sie umwirft.


Gerelateerd aan fles

doos - bak - etui - foedraal - koker - korf - pot - zak - vat - kist - krat - emmer - kruik - urn