Vertaling van flink
Inhoud:
Nederlands
Duits
energiek, ferm, flink, krachtig, voortvarend, energetisch {bn.}
forsch
tüchtig
energisch
tatkräftig
Energie-
tüchtig
energisch
tatkräftig
Energie-
dapper, flink, moedig {bw.}
beherzt
degelijk, deugdelijk, flink, gedegen, hecht, solide, vast {bn.}
gesetzt
solide
solide