Vertaling van gejaagdheid

Inhoud:

Nederlands
Duits
gejaagdheid [v], opwinding [v] {zn.}
Erregtwerden
Sicherregen
gejaagdheid [v], rusteloosheid [v], woeligheid [v], onrust {zn.}
Gärung [v] (die ~)


Gerelateerd aan gejaagdheid

opwinding - rusteloosheid - woeligheid - onrust