Vertaling van gemeen

Inhoud:

Nederlands
Duits
gemeen, van hoofdzeer, zeerhoofdig {bn.}
räudig
lausig
gemeen, onguur, ploertig, rottig, vuig {bn.}
verächtlich
abscheulich
ekelhaft
garstig
gemeen, infaam, laag, laaghartig, schunnig, vuig {bn.}
gemein
infam


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Is jouw hond gemeen?

Ist Ihr Hund bissig?

Ze is gemeen.

Sie ist grausam.

Zijn broer deed gemeen tegen me.

Sein Bruder war gemein zu mir.

Dit is wat wiskundigen en Fransen gemeen hebben: wat je hen ook probeert uit te leggen, ze vertalen het op hun eigen manier en verdraaien het in iets wat helemaal anders is.

Mathematiker sind wie die Franzosen: Sie nehmen alles, was man ihnen sagt, übersetzen es sich in ihre eigene Sprache und verwandeln es dabei in etwas völlig Verschiedenes.


Gerelateerd aan gemeen

van hoofdzeer - zeerhoofdig - onguur - ploertig - rottig - vuig - infaam - laag - laaghartig - schunnig