Vertaling van geoefend
Inhoud:
Nederlands
Duits
bedreven, geoefend {bn.}
geübt
deskundig, ervaren, geoefend, zaakkundig {bn.}
bewandert
erfahren
gewiegt
kundig
erfahren
gewiegt
kundig
exerceren, oefenen, zich oefenen {ww.}
exerzieren
sich üben
sich üben
ik heb geoefend
jij hebt geoefend
hij/zij/het heeft geoefend
ich habe exerziert
du hast exerziert
er/sie/es hat exerziert
» meer vervoegingen van exerzieren
oefenen, zich oefenen {ww.}
sich üben
drillen, oefenen {ww.}
üben
schulen
ausbilden
einexerzieren
einüben
exerzieren
schulen
ausbilden
einexerzieren
einüben
exerzieren
ik heb geoefend
jij hebt geoefend
hij/zij/het heeft geoefend
ich habe geschult
du hast geschult
er/sie/es hat geschult
» meer vervoegingen van schulen
Kan ik met je oefenen?
Kann ich mit Ihnen üben?