Vertaling van gutsen

Inhoud:

Nederlands
Duits
druipen, gutsen {ww.}
rieseln
rinnen

hij/zij/het zal gutsen
hij/zij/het zult gutsen

er/sie/es wird rieseln
er/sie/es würde rieseln
» meer vervoegingen van rieseln



Gerelateerd aan gutsen

druipen