Vertaling van halen

Inhoud:

Nederlands
Duits
halen, gaan halen {ww.}
holen

wij halen
jullie halen
zij halen

wir holen
ihr holt
sie holen
» meer vervoegingen van holen

halen, inslaan, raken, teisteren, treffen {ww.}
treffen

wij halen
jullie halen
zij halen

wir treffen
ihr trefft
sie treffen
» meer vervoegingen van treffen

betrekken, halen, laten komen, ontbieden {ww.}
holen
kommen lassen
entbieten

wij halen
jullie halen
zij halen

wir holen
ihr holt
sie holen
» meer vervoegingen van holen

slagen, halen {ww.}
bestehen

wij halen
jullie halen
zij halen

wir bestehen
ihr besteht
sie bestehen
» meer vervoegingen van bestehen

haal (mv. halen), schrap, schreef, streek, streep {zn.}
Strich [m] (der ~)
haal (mv. halen), teug, trek {zn.}
Zug [m] (der ~)
Ziehung [v] (die ~)


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Ze wou een rijbewijs halen.

Sie möchte den Führerschein bekommen.

Ik moet de eerste trein halen.

Ich muss den ersten Zug bekommen.

Ga naar de dokter om je recept te halen!

Geh zum Arzt, um dein Rezept zu bekommen!

Nu je achttien bent, mag je je rijbewijs halen.

Weil du jetzt achtzehn bist, kannst du deinen Führerschein machen.

Ik kom morgenochtend langs om je op te halen.

Ich werde vorbeikommen und dich morgen früh mitnehmen.

De student besloot zijn paper in te korten door de overbodige details eruit te halen.

Der Schüler entschloss sich dazu, seine Hausarbeit zu kürzen, indem er alle unnötigen Details strich.

Ik moet sneller rijden om de verloren tijd in te halen.

Ich muss schneller fahren, um die verlorene Zeit wettzumachen.


Gerelateerd aan halen

gaan halen - inslaan - raken - teisteren - treffen - betrekken - laten komen - ontbieden - slagen - haal - schrap - schreef - streek - streep - teug