Vertaling van heen

Inhoud:

Nederlands
Duits
heen, over, vandoor, verwijderd, voort, weg {bw.}
ab
dahin
fort
heraus
weg
hinweg
weit
entfernt


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Waar ging je heen?

Wohin sind Sie gegangen?

Ik vroeg hem waar hij heen ging.

Ich fragte ihn, wohin er gegangen ist.

Ze is daar niet heen gegaan.

Sie ist nicht dort hingegangen.

In welke richting ging hij heen?

In welche Richtung ist er gegangen?

Je hoeft daar niet heen te gaan.

Du brauchst nicht dorthin zu gehen.

Waar zou je als eerste heen willen?

Wohin würdest du gerne zuerst gehen?

Aangezien mijn moeder ziek was, kon ik er niet heen.

Weil meine Mutter krank war, konnte ich nicht dahin.

Waar wil je van de zomer heen gaan?

Wo willst du diesen Sommer hingehen?

"Waar zal ik hierna heen gaan?" zei ze tegen zichzelf.

Sie fragte sich, "Wohin soll ich als nächstes gehen?"


Gerelateerd aan heen

over - vandoor - verwijderd - voort - weg