Vertaling van heul

Inhoud:

Nederlands
Duits
vertroosting [v], heul, troost {zn.}
Trost [m] (der ~)
assistentie [v], bijstand [m], heul, hulp, toedoen, toeverlaat {zn.}
Hilfe [v] (die ~)
Hilfeleistung [v] (die ~)
Beistand [m] (der ~)
Handreichung [v] (die ~)
Beihilfe [v] (die ~)
Ik heb hulp nodig.
Ich brauche Hilfe.
Ze heeft hulp nodig.
Sie braucht Hilfe.


Gerelateerd aan heul

vertroosting - troost - assistentie - bijstand - hulp - toedoen - toeverlaat