Vertaling van ja zeggen

Inhoud:

Nederlands
Duits
beamen, bevestigen, ja zeggen, toestemmen {ww.}
ja sagen
bejahen
reciteren, opzeggen, voordragen {ww.}
aufsagen
deklamieren
hersagen
vortragen

wij zeggen op
jullie zeggen op
zij zeggen op

wir sagen auf
ihr sagt auf
sie sagen auf
» meer vervoegingen van aufsagen

herhalen, nazeggen {ww.}
wiederholen
zurückgeben
als Antwort geben
entgegnen

wij zeggen na
jullie zeggen na
zij zeggen na

wir wiederholen
ihr wiederholt
sie wiederholen
» meer vervoegingen van wiederholen

Kunt u dat herhalen?
Könnten Sie das wiederholen?
Kunt ge dat herhalen?
Könntest du das bitte wiederholen?
herhalen, doornemen, nazeggen {ww.}
wiederholen

wij zeggen na
jullie zeggen na
zij zeggen na

wir wiederholen
ihr wiederholt
sie wiederholen
» meer vervoegingen van wiederholen

Kun je dat herhalen?
Könnten Sie das bitte wiederholen?
Hoe vaak moet ik nog herhalen dat ze mijn vriendin niet is?
Wie viele Male muss ich wiederholen, dass sie nicht meine Freundin ist?


Gerelateerd aan ja zeggen

beamen - bevestigen - toestemmen - reciteren - opzeggen - voordragen - herhalen - nazeggen - doornemen