Vertaling van komen

Inhoud:

Nederlands
Duits
komen {ww.}
kommen

wij komen
jullie komen
zij komen

wir kommen
ihr kommt
sie kommen
» meer vervoegingen van kommen

Komen ze morgen hiernaartoe?
Kommen sie morgen hierher?
Komen zij ook?
Kommen sie auch?


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Kunt ge zondagavond komen?

Kannst Du am Sonntagabend kommen?

Komen ze morgen hiernaartoe?

Kommen sie morgen hierher?

Komen zij ook?

Kommen sie auch?

Soms komen dromen uit.

Manchmal werden Träume wahr.

Dromen komen uit.

Träume gehen in Erfüllung.

Hij moet onmiddellijk komen.

Er soll sofort kommen!

Ze komen niet vandaag.

Sie kommen nicht heute.

Zal de politie komen?

Wird die Polizei kommen?

Kan je komen?

Können Sie kommen?

Waarom kunt ge niet komen?

Warum können Sie nicht kommen?

Jullie moeten niet komen morgen.

Sie müssen morgen nicht kommen.

Ze beloofde me te komen.

Sie versprach mir zu kommen.

Mijn moeder kan niet komen.

Meine Mutter kann nicht kommen.

Helden komen altijd te laat.

Helden kommen immer zu spät.

Ge zult morgen moeten komen.

Sie müssen morgen kommen.