Vertaling van kuil

Inhoud:

Nederlands
Duits
kuil {zn.}
Grube [v] (die ~)
Stich [m] (der ~)
Spatenstich [m] (der ~)
Graben [m] (der ~)
gracht, greppel, groef, groeve, kuil, sloot {zn.}
Graben [m] (der ~)
Grube [v] (die ~)
Hij is in de gracht gevallen.
Er ist in den Graben gefallen.
gat [o], hol, holte, kuil, put {zn.}
Höhlung [v] (die ~)
Vertiefung [v] (die ~)
Grube [v] (die ~)
begraven, ingraven, kuilen, inkuilen {ww.}
vergraben
eingraben

ik kuil

ich vergrabe
» meer vervoegingen van vergraben

De hond was bezig met het begraven van zijn bot in de tuin.
Der Hund hatte eilig seinen Knochen im Garten vergraben.
begraven, kuilen {ww.}
beerdigen

ik kuil

ich beerdige
» meer vervoegingen van beerdigen



Gerelateerd aan kuil

gracht - greppel - groef - groeve - sloot - gat - hol - holte - put - begraven - ingraven - kuilen - inkuilen