Vertaling van laag
Inhoud:
Nederlands
Duits
laag, zwaar {bn.}
tief
Baß-
Baß-
laag, pak {zn.}
Schicht
Scheibe
Scheibe
laag {bn.}
niedrig
tief
gering
Nieder-
tief
gering
Nieder-
gemeen, infaam, laag, laaghartig, schunnig, vuig {bn.}
gemein
infam
infam