Vertaling van menen
Inhoud:
Nederlands
Duits
geloven, houden voor, menen {ww.}
glauben
wij menen
jullie menen
zij menen
wir glauben
ihr glaubt
sie glauben
» meer vervoegingen van glauben
Eerst zien, dan geloven.
Sehen ist glauben.
Ik kan het moeilijk geloven.
Das kann ich kaum glauben.
aannemen, menen, stellen, vermoeden, veronderstellen {ww.}
voraussetzen
vermuten
vermuten
wij menen
jullie menen
zij menen
wir setzen voraus
ihr setzt voraus
sie setzen voraus
» meer vervoegingen van voraussetzen