Vertaling van neerlaten

Inhoud:

Nederlands
Duits
laten zakken, neerlaten, strijken, vellen {ww.}
senken

ik zal neerlaten
jij zult neerlaten
hij/zij/het zal neerlaten

ich werde senken
du wirst senken
er/sie/es wird senken
» meer vervoegingen van senken



Gerelateerd aan neerlaten

laten zakken - strijken - vellen