Vertaling van opeten

Inhoud:

Nederlands
Duits
opeten, verorberen {ww.}
aufessen
aufzehren

ik zal opeten
jij zult opeten
hij/zij/het zal opeten

ich werde aufessen
du wirst aufessen
er/sie/es wird aufessen
» meer vervoegingen van aufessen

Ik wil het opeten.
Ich möchte das aufessen.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Ik wil het opeten.

Ich möchte das aufessen.

Je moet het niet opeten.

Du brauchst das nicht zu essen.


Gerelateerd aan opeten

verorberen