Vertaling van opvrolijken
Inhoud:
Nederlands
Duits
amuseren, onderhouden, opvrolijken, vermaken {ww.}
vergnügen
unterhalten
belustigen
ergötzen
amüsieren
unterhalten
belustigen
ergötzen
amüsieren
ik zal opvrolijken
jij zult opvrolijken
hij/zij/het zal opvrolijken
ich werde vergnügen
du wirst vergnügen
er/sie/es wird vergnügen
» meer vervoegingen van vergnügen
opkikkeren, opmonteren, opvrolijken {ww.}
belustigen
erheitern
aufheitern
erheitern
aufheitern
ik zal opvrolijken
jij zult opvrolijken
hij/zij/het zal opvrolijken
ich werde belustigen
du wirst belustigen
er/sie/es wird belustigen
» meer vervoegingen van belustigen