Vertaling van opzetten
struppig machen
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
ich werde sträuben
du wirst sträuben
er/sie/es wird sträuben
» meer vervoegingen van sträuben
schwellen
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
ich werde strotzen
du wirst strotzen
er/sie/es wird strotzen
» meer vervoegingen van strotzen
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
ich werde ausstopfen
du wirst ausstopfen
er/sie/es wird ausstopfen
» meer vervoegingen van ausstopfen
ausbreiten
aufschlagen
entfalten
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
ich werde aufkrempeln
du wirst aufkrempeln
er/sie/es wird aufkrempeln
» meer vervoegingen van aufkrempeln
ik zal opzetten
jij zult opzetten
hij/zij/het zal opzetten
ich werde polstern
du wirst polstern
er/sie/es wird polstern
» meer vervoegingen van polstern
Grundriß
Riß
Entwurf
Abriß
Voorbeelden in zinsverband
Men moet een helm opzetten om het hoofd te beschermen.
Man muss einen Helm aufsetzen, um den Kopf zu schützen.
Misschien moet jij dan een mondkapje opzetten.
Vielleicht sollten Sie eine Mundkappe tragen.