Vertaling van pijp
Inhoud:
Nederlands
Duits
pijp , tabakspijp {zn.}
Pfeife
Hij zat daar een pijp te roken.
Er saß Pfeife rauchend da.
baar , paal, pijp, roede, schacht, spijl, stang {zn.}
Stange
Barre
Barre
buis , kanaal , loop , pijp , roer , steel {zn.}
Röhre
Schlauch
Rohr
Schlauch
Rohr