Vertaling van plank

Inhoud:

Nederlands
Duits
schap, plank {zn.}
Ablagebrett
Regalfach
Brett [o] (das ~)
Wandbrett
Bordbrett [o] (das ~)
bord [o], plank [v], tablet [o] {zn.}
Tafel [v] (die ~)
Brett [o] (das ~)
Tom schreef zijn naam op het bord.
Tom hat seinen Namen an die Tafel geschrieben.
Eh, meneer... Wat op het bord staat, is geen exponentiële functie, maar een goniometrische...
Äh, mein Herr! Was an der Tafel steht ist keine Exponentialfunktion, sondern eine trigonometrische ...


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Hij plaatste het boek op de plank.

Er stellte das Buch ins Regal.

Ze zette haar cd's op een rijtje op de plank.

Sie stellt ihre CDs in einer Reihe ins Regal.


Gerelateerd aan plank

schap - bord - tablet