Vertaling van rommelen
Inhoud:
Nederlands
Duits
rommelen {ww.}
brummen
wij rommelen
jullie rommelen
zij rommelen
wir brummen
ihr brummt
sie brummen
» meer vervoegingen van brummen
aangaan, denderen, rommelen, rumoeren, te keer gaan, leven maken, lawaai maken {ww.}
Geräusch hervorbringen
Geräusch machen
lärmen
brausen
Geräusch machen
lärmen
brausen
wij rommelen
jullie rommelen
zij rommelen
wir lärmen
ihr lärmt
sie lärmen
» meer vervoegingen van lärmen