Vertaling van rondreizen
Inhoud:
Nederlands
Duits
rondreizen, trekken, rondtrekken, zwerven {ww.}
wandern
ik zal rondreizen
jij zult rondreizen
hij/zij/het zal rondreizen
ich werde wandern
du wirst wandern
er/sie/es wird wandern
» meer vervoegingen van wandern
Weinig olifanten zouden vrijwillig naar Europa trekken.
Wenige Elefanten würden freiwillig nach Europa wandern.